Bandosofie.jouwweb.nl

 

__________________________________________________________________________________________________________________________

De bezongen roddel door Basilio

Il barbiere di Siviglia (De barbier van Sevilla) is de titel van een opera buffa die vooral bekend werd door de compositie van de Italiaanse componist Gioacchino Rossini. Voordien werd er reeds een gelijknamige opera geschreven door de componist Giovanni Paisiello in 1782. Rossini schreef zijn versie in 1816, in een tijdspanne van enkele dagen, op 24-jarige leeftijd. De opera werd, uit respect voor Paisiello en om verwarring te vermijden, opgevoerd onder de titel Almaviva o sia L’inutile precauzione. Rossini was op deze jonge leeftijd al geen onbekende meer in de muziekwereld, doch het was deze opera die zijn naam definitief vestigde. Het Libretto is van Cesare Sterbini en is een bewerking van het toneelstuk Le Barbier de Séville door Pierre Augustin Caron de Beaumarchais. Tot op de dag van vandaag blijft het werk één van de meest opgevoerde opera's in 's werelds beste operahuizen en behoudt het de status van meesterwerk.

Eerste bedrijf

Op een plein in Sevilla komt de graaf van Almaviva een serenade brengen aan de mooie Rosina. Ze hoort zijn gezang echter niet omdat zij niet op het balkon verschijnt.

Figaro, de barbier van Sevilla, doet nu zijn intrede met het wereldberoemde cavatina "Largo al factotum". Wanneer hij de graaf bemerkt en herkent, insisteert deze laatste om zijn identiteit te verzwijgen: zijn toenaderingen ten opzichte van Rosina moeten volstrekt geheim blijven. Bovendien wil hij dat Rosina hem onvoorwaardelijk liefheeft en niet voor zijn titel of zijn geld. Hij doet zich daarom ten aanzien van haar voor als een arme student. Rosina woont bij de veel oudere dokter Bartolo, haar voogd, die zo snel mogelijk met haar wil trouwen voordat de kans verkeken is. Zij is inderdaad meer dan bereid om samen met de graaf te vluchten maar dat blijkt niet zo eenvoudig te zijn omdat dokter Bartolo haar almaar in de gaten houdt. De graaf vraagt hulp aan Figaro, die bekend staat om zijn aandeel in vele amoureuze intriges. Figaro is bereid om de graaf te helpen en hij beraamt een plan: de graaf moet zich voordoen als een dronken soldaat die onderdak komt vragen bij dokter Bartolo. Op die manier zou hij mogelijk dichter in de buurt van Rosina te kunnen komen.

Ondertussen komt dokter Bartolo te weten van de geheime geliefde van Rosina. Het is zijn vriend (en tevens Rosina's muziekleraar) Don Basilio die hem hiervan op de hoogte brengt. Op de koop toe ontdekt hij dat Rosina zojuist een liefdesbrief geschreven heeft naar haar minnaar. Dokter Bartolo, nog achterdochtiger en jaloerser dan ooit, dreigt haar voortaan op te sluiten en besluit hun huwelijk vandaag nog te voltrekken. Wanneer de graaf in zijn rol van dronken soldaat komt aankloppen, is dokter Bartolo uitermate op zijn hoede en een samenloop van omstandigheden zorgt ervoor dat het plan volledig in het honderd loopt. Het eerste bedrijf eindigt in complete chaos en absolute verwarring.

Tweede bedrijf

Een tweede plan wordt ten uitvoer gebracht: de graaf verschijnt aan dokter Bartolo's deur, deze keer vermomd als muziekleraar. Hij zou de plots ziek geworden Don Basilio komen vervangen om les te kunnen geven aan Rosina. Hij weet het vertrouwen van dokter Bartolo te winnen en mag Rosina onderwijzen, zij het onder zijn toezicht. Tijdens deze muziekles zien de graaf en Rosina de kans om hun wederzijdse liefde te verklaren en om plannen te smeden betreffende haar ontsnapping, weg van de tirannieke dokter Bartolo: de graaf zelf en Figaro zullen haar diezelfde nacht schaken. Wanneer Figaro en vervolgens Don Basilio ten tonele verschijnen duurt het niet lang of alles loopt alweer mis. Dokter Bartolo is op de hoogte van het bedrog dat voor zijn neus plaatsvindt en neemt geen risico's meer. Hij vraagt Don Basilio om de notaris te laten ontbieden zodat hij onmiddellijk kan trouwen met Rosina.

De graaf en Figaro schaken Rosina. Tijdens de ontvoering wordt de ware identiteit van de graaf aan haar kenbaar gemaakt. Haar liefde voor hem blijft hierdoor onveranderd. Don Basilio probeert nog roet in het eten te gooien, doch Figaro is hem te snel af en kan de zaken zodanig naar zijn hand zetten dat de notaris (die ondertussen is aangekomen) het huwelijk tussen de graaf en Rosina tot stand brengt. Dokter Bartolo arriveert te laat om hen in de wielen te rijden en kan zich enkel maar neerleggen bij de situatie. Hij ziet zich genoodzaakt om deel te nemen aan de finale van de opera waarin alle figuren het geluk en de eeuwige trouw van het koppel bezingen.


 

 Pinocchio

Carlo Collodi (1826-1890) was een Italiaanse satirische, politiek bevlogen journalist en literair criticus. Hij leefde in een roerige tijd, namelijk het Italië van voor de eenwording. Collodi was zelf afkomstig uit Florence en hij vocht in twee onafhankelijkheidsoorlogen, in 1848 en 1860, die de eenwording van Italië moesten bewerkstelligen. Toen deze eenwording onder leiding van Piedmontin 1861 tot stand kwam, was Collodi net als veel van zijn tijdgenoten teleurgesteld over de uitkomst, omdat Italië nog steeds een cultureel verdeeld land was.

In opdracht van het ministerie van Onderwijs hielp Collodi met het vertalen van Franse kinderboeken in het Italiaans. Het doel hiervan was de standaardisering van de Italiaanse taal te bevorderen. Zijn vertalingen werden zo lovend ontvangen dat Collodi uiteindelijk zelf verhalen voor kinderen ging schrijven. In 1880 schreef hij voor het eerst over Pinokkio. Het ging over een levende boomstam die bewerkt wordt tot een naïeve marionet die door Jan en alleman misbruikt wordt en allerlei avonturen meemaakt.

Uiteindelijk ziet Pinokkio zijn droom in vervulling gaan en wordt hij een echte jongen. In de eerste versie van het verhaal hing Pinokkio zichzelf al vrij snel op. Collodi liet dit gebeuren zodat hij kon stoppen met het schrijven van de verhalen over Pinokkio, want hij vond het zelf geen succes. Uiteindelijk werd hij overgehaald om dit te herzien en meer verhalen over Pinokkio te schrijven. De verhalen verschenen op wekelijkse basis. Vanaf het begin waren de verhalen over Pinokkio ook populair onder volwassenen, omdat er veel satire en verborgen boodschappen in de verhalen zaten. De verhalen zaten vol van onderliggend pessimisme over het nieuwe Italië en de menselijke natuur in het algemeen. Hij zette zich hiermee af tegen de moraliserende en positieve toon die in de literatuur van zijn tijd gangbaar was.  

Collodi stierf in 1890 en heeft het enorme succes dat Pinokkio werd niet meer meegemaakt. Vooral de Disney-film uit 1940 droeg enorm bij aan de populariteit. De verhalen over Pinokkio gingen een eigen leven leiden en inmiddels is het in veel talen gebruikelijk om te zeggen dat je iemands neus ziet groeien als bij Pinokkio, om aan te geven dat iemand liegt.

Ebenezer Scrooge

De man die alleen maar aan zichzelf dacht

A Christmas Carol is een Victoriaanse allegorie over een oude en verbitterde vrek, Ebenezer Scrooge, die in de nacht voor Kerstmis een aantal dromen heeft en daardoor tot inkeer komt. Scrooge is een financier en geldwisselaar die zijn leven lang zich heeft gericht op het verkrijgen van meer geld en verder niets. Hij veracht andere zaken dan geld, inclusief vriendschap, liefde en de gedachten van het kerstfeest. Dickens heeft het verhaal ingedeeld in vijf hoofdstukken.

Het verhaal begint op kerstavond, precies zeven jaar na de dood van Jacob Marley, Scrooges zakenpartner, met wie hij ooit hun bedrijf, "Scrooge & Marley", begon. Scrooge en zijn boekhouder Bob Cratchit zijn aan het werk op het kantoor, met Cratchit in een slecht verwarmde ruimte - slachtoffer van de gierigheid van Scrooge. Fred, een neef van Scrooge, komt langs om zijn oom een 'gelukkig kerstfeest' te wensen en hem uit te nodigen voor het kerstdiner op eerste kerstdag. Scrooge stuurt hem weg met opmerkingen als "Bah! Onzin!". De heren die daarna binnenkomen om te collecteren voor de armen worden door Scrooge afgepoeierd met de opmerkingen dat de werkhuizen en de armenwet voldoende zijn voor de armen. Als de heren antwoorden dat hij liever zou sterven dan naar een armenhuis gaan antwoordt Scrooge "Als ze liever sterven ... dan moeten ze dat maar doen en zo de overbevolking verminderen". Aan het eind van de dag stemt Scrooge grommend in met een vrije dag voor Cratchit op eerste kerstdag, mits hij de tweede kerstdag eerder komt ter compensatie.

Scrooge gaat laat naar huis, een statig pand dat vroeger van wijlen Jacob Marley was. Hij woont in een kleine kamer en de rest van het huis is verhuurd als kantoor. Zijn kamer is donker en koud om kosten te sparen. Als hij de sleutel in het slot steekt schrikt hij als de klopper op de deur de vorm krijgt van het spookachtige gezicht van Marley. Dit is het begin van een gedenkwaardige nacht. Geluiden in het donker op de trap, geluiden van schuivende grendels en slaande deuren elders in het huis, en een onverklaarbaar gerinkel van de in onbruik geraakte bediendenbel gaan vooraf aan een bezoek van de geest Marley terwijl Scrooge bij de haard zijn pap zit te eten. Marley is gekomen om Scrooge te waarschuwen dat zijn huidige levensstijl hem hetzelfde lot zal brengen als Marley na zijn dood: veroordeeld om over de aarde te zwerven als boetedoening voor het gebrek aan naastenliefde tijdens zijn leven. Als symbool van zijn marteling draagt Marley een zware ketting met daaraan symbolische objecten uit zijn leven, maar dan in massief metaal: kasboeken, geldkisten, sleutels en dergelijke. Marley waarschuwt dat het lot van Scrooge nog erger kan zijn, want zijn ketting was zeven jaar geleden al net zo lang als die van Marley, en hij heeft hem met zijn egocentrische levensstijl alleen maar langer gemaakt. Marley vertelt Scrooge dat hij een kans heeft om aan zijn lot te ontkomen door bezoeken van drie geesten die een voor een zullen komen. Scrooge is geschrokken maar niet geheel overtuigd dat hij niet hallucineerde en gaat naar bed, denkend dat een goede nachtrust hem goed zal doen.

De eerste van de drie geesten

Om 1 uur 's nachts verschijnt de eerste geest die zichzelf 'Geest van Voorbije Kerstmis' ('Ghost of Christmas Past') noemt. Hij leidt Scrooge langs enkele van de gelukkigste en verdrietigste gebeurtenissen uit Scrooges verleden, gebeurtenissen die Scrooge hebben gemaakt tot wat hij nu is. De gebeurtenissen betreffen zijn vader (die zelfs met Kerstmis Scrooge eenzaam op de kostschool liet zitten), het verlies van zijn grote liefde door te veel aandacht voor de zaken en de dood van zijn zus, de enige persoon die hem liefde en aandacht schonk. Niet langer in staat de pijnlijke herinneringen te verdragen en met een steeds sterker wordend gevoel van spijt, smeekt hij de geest hem naar huis te laten gaan. Terug in zijn kamer is het weer 12 uur.

De tweede van de drie geesten

Om 2 uur 's nachts (wederom) verschijnt de tweede geest die zichzelf 'Geest van Huidig Kerstmis' ('Ghost of Christmas Present') noemt. Deze geest toont hem het karige kerstfeest van de familie Cratchit, het goede karakter van de kreupele zoon, Tiny Tim, en de mogelijke vroege dood van deze jongen. Dit vooruitzicht zet Scrooge echt aan het denken en hij toont medelijden. De geest herinnert hem aan zijn woorden van eerder die dag over het verminderen van de overbevolking. Ze bezoeken ook neef Fred waar een vrolijk kerstfeest wordt gevierd met een spel waarbij een persoon geraden moet worden met alleen ja/nee-vragen. Fred heeft uiteraard Ebenezer Scrooge in gedachten en door de vragen wordt diens karakter bloot gelegd. Het hoofdstuk eindigt symbolisch met het tonen van twee kinderen, Onwetendheid en Behoefte (Ignorance en Want), die zich onder de mantel van de geest bevinden, en die de belangrijkste oorzaken van het lijden in de wereld personifiëren. Als Scrooge vraagt of ze geen plaats hebben om te wonen citeert de geest hem weer: "Zijn er dan geen armenhuizen?". Na dit bezoek keert Scrooge weer terug naar zijn kamer en staat de klok wederom op 12 uur.

De derde en laatste geest

De derde, zwijgende geest, de 'Geest van Toekomstig Kerstmis', ('Ghost of Christmas Yet To Come') komt net na middernacht. Hij confronteert Scrooge met zijn eigen dood: een groepje mensen heeft het over de zojuist overleden "oude schraper". Spullen uit diens huis worden verkocht, en daarbij blijkt hoe zeer zijn dood de mensen koud laat. Scrooge herkent aanvankelijk niet dat het om hem zelf gaat. Ze bezoeken ook het huis van de Cratchits die Kerstmis vieren zonder Tiny Tim. Als Scrooge de geest smeekt te vertellen wie de "oude schraper" is, toont de geest hem zijn eigen grafsteen.

Het laatste hoofdstuk vertelt over Scrooge die zijn leven verandert en de royale, zachtaardige man wordt die hij was voor de dood van zijn zuster. Hij geeft op kerstochtend een jongen de opdracht de slager een kalkoen 'twee keer zo groot als Tiny Tim' te laten bezorgen bij de familie Cratchit. Hij verontschuldigt zich bij de collecterende heren en doet een gulle bijdrage. Bovendien neemt hij de uitnodiging van neef Fred aan om bij hem het kerstfeest te vieren.

Maak jouw eigen website met JouwWeb